Frederika van Hannover

Duitse prinses uit het Huis Hannover en prinses van Groot-Brittannië en Ierland

Frederika Sophie Marie Henriëtte Amelie Theresia van Hannover (Hannover, 9 januari 1848 - Biarritz, 19 oktober 1926), was een Duitse prinses uit het huis Hannover en een prinses van Groot-Brittannië en Ierland.

Prinses Frederika van Hannover

Zij was het tweede kind en de oudste dochter van koning George V van Hannover en Marie van Saksen-Altenburg.

In 1866, even voor het koninkrijk Hannover werd geannexeerd door Pruisen, onderhandelde de Pruisische minister-president Otto von Bismarck met Frederika's vader, over een mogelijk huwelijk van diens oudste dochter met de Pruisische prins Albert, maar tot een huwelijk kwam het niet. Niet veel later koos Hannover zelfs de zijde van Oostenrijk, tijdens de Pruisisch-Oostenrijkse Oorlog van 1866. Ten gevolge van die oorlog verloor Frederika's vader zijn troon en het gezin vestigde zich in het Oostenrijkse Gmunden, waar het Het Slot Cumberland liet bouwen.

Frederika had korte tijd een intensieve omgang met Leopold van Albany, een zoon van koningin Victoria, maar tot een huwelijk kwam het niet. Wel bleven de twee hun leven lang bevriend. Ook de Nederlandse prins Alexander was even in beeld als huwelijkskandidaat, maar ook hier kwam een huwelijk niet tot stand. Frederika was namelijk onderwijl verliefd geworden op Baron Alfons van Pawel-Rammingen, een hoge regeringsfunctionaris in het hertogdom van Saksen-Coburg en Gotha. Alfons werd daarop genaturaliseerd tot Brits staatsburger en hun huwelijk werd op 24 april 1880 voltrokken in Windsor Castle.

Ter gelegenheid van het huwelijk, dichtte Alfred Tennyson - referend aan de Frederika's verhouding met haar blinde, twee jaar eerder overleden, vader het volgende kwatrijn:

O you that were eyes and light to the King till he past away
From the darkness of life —
He saw not his daughter — he blest her: the blind King sees you to-day,
He blesses the wife.

Na hun huwelijk vestigde het paar zich in Hampton Court Palace. In 1881 kreeg het paar een dochtertje, Victoria, dat evenwel kort na haar geboorte overleed. Frederika stortte zich vervolgens volledig in de liefdadigheid. Zij, dochter van een blinde vader, werd beschermvrouwe van tal van goede doelen die werden opgezet voor blinden. Ook bemoeide ze zich actief met de armenzorg.

In 1898 verlieten Frederika en haar man Hampton Court om zich - althans voor een groot deel van het jaar - te vestigen in Biarritz. Daar overleed ze in 1926. Ze werd bijgezet in de koninklijke crypte in Sint George's Chapel bij Windsor Castle. Een jaar na haar overlijden werd een raam in de Anglicaanse Kerk van Biarritz aan haar gewijd.