Beek (watergang)

kleine ondiepe stroom
(Doorverwezen vanaf Beek (stroom))

Een beek is een min of meer natuurlijke stroom ondiep water die vanuit een oorsprong, vaak een bron, stroomafwaarts vloeit. Wanneer meerdere beken samenkomen en een zekere grootte krijgen spreekt men van een rivier. Een vuistregel om te bepalen of een waterloop nu een beek of een rivier genoemd moet worden, is dat een beek op alle plaatsen doorwaadbaar is en een rivier slechts op enkele plekken. In laaglandgebieden in Europa, zoals Vlaanderen en Nederland, hebben veel beken hun natuurlijk karakter verloren door ingrijpende kanalisaties.

De Gulp
De Hagmolenbeek
Beekje bij Weimar. Na de regen, een schilderij van Paul Baum

De natuurlijke beken kunnen worden ingedeeld in drie groepen: laaglandbeken, kwelbeken en bronbeken. Laaglandbeken worden gevoed door neerslag en door uittredend grondwater. Kwelbeken vormen een variant van de laaglandbeken. Het verschil is dat de bovenloop (een kwelgebied) van de kwelbeek altijd water voert, omdat hij wordt gevoed door het grondwater dat onder druk staat. Bronbeken ontstaan als echte bronnen, omdat grondwater op bepaalde punten aan de oppervlakte treedt.

Een spreng is een bijzondere vorm van een beek.

Een duinrel is een gegraven, ondiepe watergang waarin kwelwater uit de duinen kan afstromen naar het lager gelegen land.

Beken in polders bewerken

In polders worden beken aangelegd, hier wordt het kwelwater dat normaal door sloten die evenwijdig aan een dijk liggen afgevoerd, vervangen door haaks op de dijk gelegen beken. Een neveneffect is dat de beken veelal een verhoging van de waterspiegel met zich meebrengen in het omliggende terrein.

In het "Cirkelbos" in Almere is zo een beek gemaakt. De kades van de beek waren in eerste instantie aan twee kanten loodrecht afgegraven. Nu de beek er een paar jaar ligt, zijn de randen niet meer zo steil en langs de oever zijn hier en daar varens te bekennen. Doordat de stuwing van water ook bij vorst doorgaat en omdat het water stroomt, levert dit een biotoop op die zeer geschikt is voor de ijsvogel. Ook de zwarte populier blijkt het hier erg goed te doen; een in 1978 geplant exemplaar is al 31,5 m hoog en heeft een omvang van 280 cm.

Externe links bewerken

Zie de categorie Brooks van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.