BARF is een acroniem voor "Bones And Raw Food" of ook "Biologically Appropriate Raw Food", waarvan onder andere de Australische dierenarts Ian Billinghurst een propagandist is. De term wordt gebruikt om het zelf samenstellen van verse rauwe voeding voor honden, katten en fretten aan te duiden.

Een BARF (in dit geval een ei) etende hond

Samenstelling Bewerken

Er wordt gebruikgemaakt van geschikte rauwe botten, spiervlees, orgaanvlees, gepureerde groentes en aanvullingen zoals rauwe eieren en zuivel.

Honden worden doorgaans gevoerd met ongeveer 40% à 60% vleesbotten, die ongeveer 50% vlees en 50% bot bevatten. Kale botten worden niet gevoerd. Honden die net overschakelen van brokken naar BARF, starten vaak met zachte botten van kleine dieren zoals kip, eend, kwartel, fazant, konijn en parelhoen. Honden die wat meer ervaring hebben, eten ook botten van grotere dieren zoals geit, lam, kalf en ree. Echter, alleen de botten die niet-dragend zijn geweest; dit betekent dat men bijvoorbeeld ribben voert, maar geen poten. Deze vleesbotten worden daarnaast vaak aangevuld met 15% tot 20% orgaanvlees zoals hart, lever, nieren, pens en hersenen, 10% à 15% groentemix, 15% vlees en 5% gezonde tafelrestjes en extra's zoals rauwe eieren en zuivel.

Voor katten bestaat het BARF voeding veelal uit vis, kippenvlees en eendagskuikens.

Kritiek Bewerken

Tegenstanders van deze voeding argumenteren dat het verstopping, diarree en andere gezondheidsproblemen ten gevolg kan hebben. Er zijn ook meldingen van verstikking of inwendige wonden door beenderen van gevogelte, aangezien deze eerder versplinteren in plaats van breken en dus scherp zijn.[bron?] Kenners van de BARF-methode beweren dat rauwe botten niet splinteren. Gekookte botten splinteren wel; vooral gekookte kippenpoten zijn berucht om het splinteren.[bron?]