Asingaborg (Warffum)

burcht in Warffum

De Asingaborg of Warffumborg was een borg bij het Groningse dorp Warffum. Van de oude borgstee rest alleen het oude schathuis.

Asingaborg
Warffumborg of Asingaborg met het wapen van de familie Sickinghe
Locatie Warffum, Vlag van Nederland Nederland
Algemeen
Kasteeltype borg
Gebouwd in waarschijnlijk 14e eeuw, mogelijk 13e eeuw
Gesloopt in 1708
Warffumborg of Asingaborg op de kaart van Willem en Frederik Coenders van Helpen (1678)

Geschiedenis bewerken

In het midden van de 15e eeuw kwamen er in Warffum reeds verschillende mensen met de naam Asinga voor. In 1509 was er voor het eerst sprake van de Asingeheerd. Destijds in het bezit van Emeke Asinga, weduwe van Onno Tamminga van de Tammingaborg te Hornhuizen. Zij schonk de Asingeheerd (mogelijk een steenhuis) met bijbehorende goederen, rechten en landerijen aan haar kleindochter Hoyke Tamminga en diens man Focko Manninga (†1535). Focko was een Oost-Friese jonker en hij woonde meestal op de Manningaburg te Pewsum, Duitsland. Focko was reeds vroeg hervormd geworden en zijn zoon Hoyke (†1568) was een van de grote aanstichters van de beeldenstorm in de Ommelanden. Hoyke was een groot verkwister en hij verkocht noodgedwongen zijn bezittingen te Jennelt en Warffum. Hij is mogelijk gesneuveld in de Slag bij Heiligerlee of in de Slag bij Jemmingen.

De borg werd vervolgens gekocht door dr. Johan Sickinghe (1495-1572), burgemeester van Groningen en vertegenwoordiger van Stad en Lande bij de machtsoverdracht van Karel V naar Filips II. Johan was getrouwd met Anna Gijsens en na hun dood werden hun eigendommen verdeeld onder hun kinderen. Feijo Sickinghe (1546-1579) viel de Asingaborg ten deel. Al stierf hij in 1579 bij een noodlottig ongeval waarbij hij zichzelf per ongeluk doodschoot. Jonker Johan Sickinghe (1576-1652), zoon van Feijo en zijn vrouw Oede Gaikinga uit Harlingen, verwierf toen de Warffumborg, al werd de borg in 1581 korte tijd door geuzen bezet. Johan was getrouwd met Luts Jongema (†1612) en zij gaven de borg door aan hun zoon jonckheer Feio III Sickinghe (1610-1666). Feijo compareerde op de borg en hij was getrouwd met Sophia van Echten (overl. na juli 1673). In de toren van kerk van Warffum bevindt zich een stichtingssteen die Feye vermeldt als legger van de eerste steen. In 1667 verkreeg Feijo's zoon jonker Rudolph Sickinghe (1643-1688) de borg bij de erfscheiding. Hun andere zoon Hendrik Sickinghe (1650-1682) kocht in 1678 de nabijgelegen Breedenborg met zijn vrouw Anna Tjarda van Starkenborgh. Rudolph verwierf Rottumeroog door een erfwissel met Onno Tamminga van de Tammingaborg te Bellingeweer, Winsum. Rudolph was lid van de Friese Admiraliteit te Harlingen en trok met Willem III ten strijde in Engeland, alwaar hij stierf in een slag om Exeter in 1688. Rudolph Sickinghe had geen kinderen met zijn vrouw Amelia Clant van Nijenstein (†1695), een dochter van Edzard Jacob Clant. De borg moest echter al in 1683 verkocht worden wegens schulden.

De Warffumborg met bijbehorende rechten en landerijen werden voor ƒ45.000 gekocht door Louis Trip (†1698). Louis was getrouwd met Johanna Margaretha de Geer en hertrouwde na haar dood met zijn nicht Christina Trip. De telgen uit de families Trip en De Geer waren veelal kooplui uit Amsterdam die betrokken waren bij de winning van ijzer en het gieten van kanonnen in Zweden, daarnaast ontgonnen ze ook veen in Groningen. Rottumeroog hoorde niet bij de aankoop en heeft Louis er later zelf bij moeten aanschaffen, hij verkocht het eiland weer aan Donough MacCarthy. Zijn weduwe Christina verkocht de borg in 1701 aan de Ommelanden. De zijlrechten waren toen al vervallen aan Feye Sickinghe van de Ludemaborg te Usquert. De Heren van de Ommelanden verkochten de inmiddels vervallen Warffumborg weer door in 1708 en in datzelfde jaar werd de borg ook gesloopt. Het schathuis bleef behouden en werd bewoond door de zijlvestbode.

 
Boven de Fromaborg te Wirdum en onder de Warffumborg te Warffum in de Atlas Schoemaker

Ligging bewerken

De Warffumborg lag ten zuiden van Warffum bij de Onderdendamsterweg langs de Warffumermaar en aan de Kloosterweg. De borgstee bevond zich net ten noorden van de eerste scherpe bocht in het maar vanaf Warffum naar Onderdendam bij de Bieuwketil. Het borgcomplex lag aan de Kloosterweg, die destijds aan de westkant van de borgstee en aan de westkant van de nabijgelegen Frankemaheerd lag. De weg sloot vervolgens aan op de Onderdendamsterweg via de Bieuweketil. De borg lag in de noordwesthoek van de borgstee. Het terrein was zo'n 180 meter bij 180 meter en was geheel omgracht. De borg zelf stond in het water en bevond zich zo'n 200 meter ten oosten van de Warffumermaar.

Huidige situatie bewerken

Van de borg rest heden ten dage alleen nog maar het oude schathuis, welke ook met deze naam aangegeven wordt op kaarten. Deze boerderij ’t Schathuis heeft een dubbele schuur met binnenin een bijzonder gebinte. Van het oude stalgebouw zijn nog de oude eiken gebinten met dwarsbalken en platen met dubbele steunders te herkennen. Rond de boerderij waren lange tijd nog kloostermoppen en funderingen te vinden. Al deze restanten werden in de jaren 80 opgeruimd. Het oude schathuis is nu bereikbaar via de Kloosterweg. Even ten zuiden van het oude schathuis staat een boerderij die tegenwoordig de naam Asingaheerdt draagt, maar die vroeger de Anningaheerd heette. De bronzen kanonnen met het wapen van de familie Sickinghe zijn na de sloop van de Warffumborg overgebracht naar de Menkemaborg te Uithuizen.