Bijvoet-ooibos

associatie uit het verbond van wilgenvloedbossen en -struwelen

Het bijvoet-ooibos (Artemisio-Salicetum albae) is een associatie uit het verbond van wilgenvloedbossen en -struwelen (Salicion albae). Het is een plantengemeenschap van pioniersoorten die voorkomt in uiterwaarden en op rivierstranden die regelmatig overstromen, en die gedomineerd wordt door smalbladige wilgen. Vaak komt het bijvoet-ooibos voor als galerijbos langs grote rivieren.

Bijvoet-ooibos
Bijvoet-ooibos met koniks
Bijvoet-ooibos met koniks
Syntaxonomische indeling
Klasse:Salicetea purpureae
(klasse van wilgenvloedbossen en -struwelen)
Orde:Salicetalia
(orde van wilgenvloedbossen en -struwelen)
Verbond:Salicion albae
(verbond van wilgenvloedbossen en -struwelen)
Associatie
Artemisio-Salicetum albae
Hommel, Stort. & Zonneveld 1999
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons

Deze associatie komt in Nederland vrij algemeen voor langs de grote rivieren; in Vlaanderen is ze beperkt tot de Grensmaas.

Naamgeving en codering bewerken

De wetenschappelijke naam Artemisio-Salicetum albae is afgeleid van de botanische namen van twee belangrijke soorten binnen deze associatie, de bijvoet (Artemisia vulgaris) en de schietwilg (Salix alba).

Fysiognomie bewerken

Het bijvoet-ooibos kan voorkomen in de formatie van een bos en een struweel. Het vormt een houtige pioniervegetatie met een open, lage boomlaag die vaak niet te onderscheiden is van de struiklaag.

De kruidlaag kan bestaan uit een- en tweejarige planten, of uit meerjarige planten met wortelstokken of bovengrondse uitlopers, afhankelijk van de dynamiek van het ooibos.

Een terrestrische moslaag is doorgaans afwezig, maar bij dichte groei en door de nabijheid van water, ontstaat een milieu met hoge luchtvochtigheid dat zeer gunstig is voor een rijke epifytenbegroeiing.

Ecologie bewerken

Het bijvoet-ooibos komt voor in zeer dynamische plaatsen, vlak bij de rivier in uiterwaarden, op rivierstranden langs de grote rivieren en in zoetwatergetijdengebied. De bodem bestaat uit matig fijn tot matig grof, kalkrijk zand, eventueel gemengd met slib. De standplaatsen worden regelmatig overstroomd, maar drogen in de zomer uit wanneer de grondwaterspiegel tot meer dan 50 cm diepte zakt. De werking van het water maakt dat erosie en sedimentatie elkaar afwisselen, en dat het vele aangevoerde strooisel snel mineraliseert.

Buiten hun natuurlijke standplaatsen kan dit bostype ook aangetroffen worden op pas vergraven terreinen op zandbodems.

Subassociaties in Nederland en Vlaanderen bewerken

Van het bijvoet-ooibos worden in Nederland en Vlaanderen twee subassociaties onderscheiden.

Subassociatie met zwarte populier bewerken

Het bijvoet-ooibos met zwarte populier (Artemisio-Salicetum populetosum nigrae) is een subassociatie waarin de kensoort zwarte populier (Populus nigra) een belangrijke rol speelt. De syntaxoncode voor Nederland (rVvN) is r41Aa01a.

Subassociatie met fioringras bewerken

Het bijvoet-ooibos met fioringras (Artemisio-Salicetum agrostietosum stoloniferae) is een subassociatie met een belangrijk aandeel van fioringras (Agrostis stolonifera). De syntaxoncode voor Nederland (rVvN) is r41Aa01b.

Vegetatiezonering bewerken

In de vegetatiezonering kan het bijvoet-ooibos grenzen aan het lissen-ooibos dat verder van de rivier vandaan groeit. Heel soms groeit de kribbenmos-associatie als microgemeenschap op de blootliggende dikke boomwortels in het bijvoet-ooibos.

Verspreiding bewerken

Het verspreidingsgebied van het bijvoet-ooibos omvat de laaglanden van Europa langs de grote rivieren.

In Nederland komt het vooral voor langs de Waal, de Gelderse IJssel, de Rijn, de Lek en de Maas, en in het zoetwatergetijdengebied.

In Vlaanderen is deze associatie beperkt tot de vallei van de Grensmaas.

In beide landen is door de natuurontwikkeling van de laatste jaren de associatie in oppervlakte toegenomen.

Diagnostische taxa voor Nederland en Vlaanderen bewerken

 
Zwarte populier
 
Schietwilg
 
Katwilg
 
Grote brandnetel
 
Ruw beemdgras

Het bijvoet-ooibos heeft in Vlaanderen en Nederland één kensoort, de zwarte populier. Daarnaast komen ook de kensoorten van de klasse in dit bostype voor, vooral de dominante schietwilg en de katwilg.

In de kruidlaag zijn grote brandnetel en ruw beemdgras dominant. De associatie kan onderscheiden worden van beide andere associaties in het verbond, het lissen-ooibos en het veldkers-ooibos, door de aanwezigheid van ruigtesoorten als de akkerdistel, boerenwormkruid en bijvoet, en van pioniersoorten als de grote weegbree, vijfvingerkruid en zilverschoon.

In dit bostype kunnen regelmatig neofyten gevonden worden, zoals het bezemkruiskruid, de late stekelnoot en de reuzenbalsemien.

In de onderstaande tabel staan de belangrijkste diagnostische plantentaxa van het bijvoet-ooibos voor Nederland en Vlaanderen.

Kentaxon Diff.soort Presentie Triviale naam Botanische naam Opmerking
Boomlaag
kA > 10% zwarte populier Populus nigra
kK > 70% schietwilg Salix alba
kK > 50% katwilg Salix viminalis
kK > 40% amandelwilg Salix triandra
kK < 10% bittere wilg Salix purpurea
kK < 10% kraakwilg Salix fragilis
Struiklaag
-
Kruidlaag
> 80% grote brandnetel Urtica dioica
> 70% ruw beemdgras Poa trivialis
dS > 60% fioringras Agrostis stolonifera t.o.v. subassociatie met fioringras
dA > 60% akkerdistel Cirsium arvense t.o.v. andere associaties van het verbond
> 50% rietgras Phalaris arundinacea
> 50% kruipende boterbloem Ranunculus repens
> 40% reukeloze kamille Tripleurospermum maritimum
> 40% hondsdraf Glechoma hederacea
dA > 40% bijvoet Artemisia vulgaris t.o.v. andere associaties van het verbond
> 40% dauwbraam Rubus caesius
dA > 40% vijfvingerkruid Potentilla reptans t.o.v. andere associaties van het verbond
dA boerenwormkruid Tanacetum vulgare t.o.v. andere associaties van het verbond
dA grote weegbree Plantago major t.o.v. andere associaties van het verbond
dA zilverschoon Potentilla anserina t.o.v. andere associaties van het verbond
dA akkerkers Rorippa sylvestris t.o.v. andere associaties van het verbond
herik Sinapsis arvensis
bezemkruiskruid Senecio inaequidens neofyt
late stekelnoot Xanthium strumarium neofyt
reuzenbalsemien Impatiens glandulifera neofyt
Moslaag
-

Fotogalerij bewerken

Zie ook bewerken

Zie de categorie Artemisio-Salicetum albae van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.