Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie

Elk half jaar is een lidstaat voorzitter van de Raad van de Europese Unie (Engels: Council of the European Union). Het voorzitterschap is een plicht voor elke lidstaat en is nodig voor de goede werking van de Europese instellingen.[1] Het land dat voorzitter is, leidt naast de Raad van de Europese Unie ook het Comité van Permanente Vertegenwoordigers. Het voorzitterschap wordt gesponsord door grote commerciële bedrijven.[2]

Logo Zweeds voorzitterschap 2023
Logo Spaans voorzitterschap 2023

Geschiedenis bewerken

Voor Lissabon bewerken

Voor het Verdrag van Lissabon leidde de regeringsleider van dat land ook de vergaderingen van de Europese Raad. De minister van Buitenlandse zaken leidde toen de Raad "Algemene Zaken en Buitenlandse Betrekkingen", nu wordt het voorzitterschap waargenomen door de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid. De Europese Raad wordt nu voorgezeten door een vaste voorzitter.

Na Lissabon bewerken

Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon werken voorzittende landen in trio's met elkaar samen.[3] Dit moet de continuïteit ten goede komen in het beleid van het voorzitterschap omdat de tijdshorizon daarmee 18 in plaats van 6 maanden wordt. Het eerste trio was Spanje-België-Hongarije. De drie landen hanteerden elk hetzelfde logo maar met de eigen nationale kleuren, België bracht in 2010 een 2 euro-herdenkingsmunt uit ter ere van het voorzitterschap met het logo van het trio.

Sponsoring bewerken

Het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie wordt gesponsord door grote commerciële bedrijven. Hoofdsponsor van het Roemeense voorzitterschap gedurende de eerste helft van 2019 was het frisdrank-concern Coca-Cola. In de tweede helft van 2019 zal de Finse voorzitter worden gesponsord door autofabrikant BMW.[2] Ondanks een protestbrief van 97 Europarlementariërs, zal BMW honderd auto's aan de Finse voorzitter ter beschikking stellen.[4]

In 2002 verbonden de Denen zich al met private sponsors.[5] Daarna heeft een reeks andere landen eveneens reclame voor bedrijven gemaakt in ruil voor gratis producten of diensten. Ook Nederland heeft zich in het verleden laten sponsoren.[4]

Overzicht bewerken

Hieronder staat een lijst met voorzitters uit het verleden en de planning voor de toekomst.[6]

Jaar Januari-juni Juli-december
1958   België   West-Duitsland
1959   Frankrijk   Italië
1960   Luxemburg   Nederland
1961   België   West-Duitsland
1962   Frankrijk   Italië
1963   Luxemburg   Nederland
1964   België   West-Duitsland
1965   Frankrijk   Italië
1966   Luxemburg   Nederland
1967   België   West-Duitsland
1968   Frankrijk   België
1969   Luxemburg   Nederland
1970   België   West-Duitsland
1971   Frankrijk   Italië
1972   Luxemburg   Nederland
1973   België   Denemarken
1974   West-Duitsland   Frankrijk
1975   Ierland   Italië
1976   Luxemburg   Nederland
1977   Verenigd Koninkrijk   België
1978   Denemarken   West-Duitsland
1979   Frankrijk   Ierland
1980   Italië   Luxemburg
1981   Nederland   Verenigd Koninkrijk
1982   België   Denemarken
Jaar Januari-juni Juli-december
1983   West-Duitsland   Griekenland
1984   Frankrijk   Ierland
1985   Italië   Luxemburg
1986   Nederland   Verenigd Koninkrijk
1987   België   Denemarken
1988   West-Duitsland   Griekenland
1989   Spanje   Frankrijk
1990   Ierland   Italië
1991   Luxemburg   Nederland
1992   Portugal   Verenigd Koninkrijk
1993   Denemarken   België
1994   Griekenland   Duitsland
1995   Frankrijk   Spanje
1996   Italië   Ierland
1997   Nederland   Luxemburg
1998   Verenigd Koninkrijk   Oostenrijk
1999   Duitsland   Finland
2000   Portugal   Frankrijk
2001   Zweden   België
2002   Spanje   Denemarken
2003   Griekenland   Italië
2004   Ierland   Nederland
2005   Luxemburg   Verenigd Koninkrijk
2006   Oostenrijk   Finland
2007   Duitsland   Portugal
Jaar Januari-juni Juli-december
2008   Slovenië   Frankrijk
2009   Tsjechië   Zweden
2010   Spanje   België
2011   Hongarije   Polen
2012   Denemarken   Cyprus
2013   Ierland   Litouwen
2014   Griekenland   Italië
2015   Letland   Luxemburg
2016   Nederland   Slowakije
2017   Malta   Estland
2018   Bulgarije   Oostenrijk
2019   Roemenië   Finland
2020   Kroatië   Duitsland
2021   Portugal   Slovenië
2022   Frankrijk   Tsjechië
2023   Zweden   Spanje
2024   België   Hongarije
2025   Polen   Denemarken
2026   Cyprus   Ierland
2027   Litouwen   Griekenland
2028   Italië   Letland
2029   Luxemburg   Nederland
2030   Slowakije   Malta
2031   Estland   Bulgarije
2032   Oostenrijk   Roemenië
2033   Finland   Kroatië
Zie de categorie Presidency of the Council of the European Union van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.