Een vitaliteitsecho is een vroege zwangerschapsecho die tussen ongeveer 6 en 9 weken zwangerschap wordt uitgevoerd om te beoordelen of het om een vitale zwangerschap gaat.

Tijdens deze echo wordt op het oog beoordeeld of het hartje klopt, of de zwangerschap zich in de baarmoeder bevindt, of het om een eenling of meerling gaat, wordt de vorm van de baarmoeder bekeken en wordt er naar beide eierstokken gekeken. Dit is alleen goed te beoordelen middels een inwendige (transvaginale echo).

De vitaliteitsecho wordt doorgaans uitgevoerd op medische indicatie (o.a. in het geval van bloedverlies en/of buikpijn, of indien er bij een eerdere zwangerschap sprake was van een miskraam of een buitenbaarmoederlijke zwangerschap).

Het is ook mogelijk dat de verloskundige praktijk standaard een vitaliteitsecho aanbiedt voorafgaand aan de intake. Ook dan zal de vitaliteitsecho volgens de landelijk geldende richtlijnen worden uitgevoerd, wat inhoudt dat de echo vóór 10 weken middels inwendige echoscopie wordt uitgevoerd.

Bij een inwendige (transvaginale) echo is het van belang dat de blaas leeg is. De keuze voor transvaginale echoscopie hangt niet af van de kwaliteit van de echo apparatuur. Ook bij de meest geavanceerde echo apparatuur dient de vitaliteitsecho uitgevoerd te worden met de transvaginale transducer.

De vitaliteitsecho wordt uitgevoerd door een echoscopist die ten minste gecertificeerd is als basisechoscopist en is ingeschreven in het echokwaliteitsregister van de BEN.[1]

De vitaliteitsecho wordt uitgevoerd met behulp van een transducer die geluidsgolven uitzendt en de teruggekaatste golven omzet in beelden op een scherm. De procedure is niet-invasief en wordt als veilig beschouwd voor zowel de moeder als de foetus.

Indien er tijdens de vitaliteitsecho de wens bestaat om naar het hartje te luisteren, dan mag dit pas vanaf een zwangerschapsduur van 12 weken, omdat er voor het luisteren naar het hartje een andere techniek (dopplereffect) wordt gebruikt waarvoor veel meer energie wordt gebruikt.