De traanheuvel[1] of caruncula lacrimalis[2] is een verhevenheid in de ooghoek aan de zijde van de neus. Het ligt tussen de oogleden als een modificatie van het bindvlies. Het bestaat uit bindweefsel, dat is doorspekt met vetweefsel. De slijmhuid bevat talgklieren, bekercellen en ook enkele secernerende klieren.

De rozekleurige verhevenheid in de ooghoek rechts in het plaatje is de traanheuvel

Bij veel zoogdieren is de traanheuvel gepigmenteerd, bij enkele (ook bij de mens) lichter van kleur en licht behaard. Bij de hond bevindt zich in de traanheuvel een extra traanklier, de glandula carunculae lacrimalis. Bij andere dieren heeft de structuur niets met tranen te maken, en is dus de naam eigenlijk verwarrend.

Literatuurverwijzingen bewerken

  1. Pinkhof, H. (1923). Vertalend en verklarend woordenboek van uitheemsche geneeskundige termen. Haarlem: De Erven F. Bohn.
  2. His, W. (1895). Die anatomische Nomenclatur. Nomina Anatomica. Der von der Anatomischen Gesellschaft auf ihrer IX. Versammlung in Basel angenommenen Namen. Leipzig: Verlag Veit & Comp.