Het woord túath verwijst naar een Ierse clan en de grond waarop deze woonde. In de periode voor de komst van de Engelsen bestond Ierland uit vele tientallen túatha, die vaak onderdeel waren van grotere bondgenootschappen. De gemiddelde túath bestond waarschijnlijk uit zo'n 6000 tot 9000 personen.

Bekende túatha zijn onder andere:

Zie ook bewerken