Resolutie 53 Veiligheidsraad Verenigde Naties

resolutie van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties

Resolutie 53 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties werd begin juli 1948 aangenomen met acht stemmen tegen nul. Drie leden, Syrië, Oekraïne en de Sovjet-Unie, onthielden zich. De resolutie riep de strijdende partijen in Palestina op het bestand te verlengen.

Resolutie 53
Van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties
Datum 7 juli 1948
Nr. vergadering 331
Code S/RES/53
Stemming
voor
8
onth.
3
tegen
0
Onderwerp Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948
Beslissing Oproep tot verlenging van het bestand.
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1948
Permanente leden
Niet-permanente leden
Israëlische tanks in 1948.

Achtergrond bewerken

  Zie Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

In resolutie 50 riep de VN-Veiligheidsraad nogmaals op tot een bestand, deze keer voor vier weken. Dit bestand was op 11 juni ingegaan. De VN hadden een bemiddelaar, Folke Bernadotte, aangesteld die moest toezien op de naleving van het bestand en het conflict in Palestina moest helpen oplossen. Zowel de Joodse als Arabische zijde wezen zijn verdelingsplan echter af. Op 9 juli liep het bestand af en werden de vijandelijkheden hervat.[1]

Inhoud bewerken

De Veiligheidsraad hield rekening met het telegram van de VN-bemiddelaar van 5 juli. Verder deed de Veiligheidsraad een dringende oproep aan de partijen om een verlenging van het bestand te aanvaarden, voor een met de bemiddelaar af te spreken duur.

Verwante resoluties bewerken

Werken van of over dit onderwerp zijn te vinden op de pagina United Nations Security Council Resolution 53 op de Engelstalige Wikisource.