Raad voor de leefomgeving en infrastructuur

adviescollege voor de Nederlandse regering en het parlement

De Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) is een adviescollege voor de Nederlandse regering en het parlement op het brede domein van de fysieke leefomgeving. De Raad is ingesteld bij wet van 17 januari 2012 die op 11 februari 2012 in werking trad.[1][2]

Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli
Raad voor de leefomgeving en infrastructuur
Raad voor de leefomgeving en infrastructuur
Geschiedenis
Opgericht 10 februari 2012
Geschiedenis
Type Adviesorgaan
Voorzitter Jan Jaap de Graeff
Valt onder Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
Jurisdictie Vlag van Nederland Nederland
Hoofdkantoor Bezuidenhoutseweg 30, Vlag Den Haag Den Haag
Media
Website https://www.rli.nl/

Taken en ontstaan bewerken

De taak van de raad is het zowel gevraagd als ongevraagd adviseren van de regering en beide kamers der Staten-Generaal over strategische beleidsvraagstukken inzake de duurzame ontwikkeling van de leefomgeving en infrastructuur. Het betreft de beleidsterreinen van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Concreet gaat het om de volgende thema's: wonen, ruimtelijke ordening, ruimtelijk-economische ontwikkeling, milieu (inclusief klimaat en externe veiligheid), waterbeheer, natuurbescherming, landbouw en voedsel (kwaliteit), verkeer en vervoer en energie-infrastructuur).[3]

De raad stelt jaarlijks een werkprogramma op dat wordt vastgesteld door de bewindslieden van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), Economische Zaken en Klimaat (EZK), Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).[4]

Samenstelling bewerken

De raad bestaat uit twaalf door het kabinet aangestelde leden, inclusief de voorzitter. De leden zijn onafhankelijk en worden voor een periode van vier jaar benoemd op basis van hun maatschappelijke kennis en ervaring. Zij komen uit de kringen van het openbaar bestuur, het bedrijfsleven en de wetenschap.[5] Lid zijn Jan Jaap de Graeff (voorzitter), Pallas Agterberg, Jeanet van Antwerpen, Niels Koeman, Jantine Kriens, Emmy Meijers, J.H.L.H. (Jeroen) Niemans, Krijn Poppe, Karin Sluis, H.D. (Hanna) Tolsma, Erik Verhoef en André van der Zande.[6]

De raad heeft voor de derde zittingsperiode 2020-2024 de volgende junior-raadsleden aangesteld: Joris van den Boom en Yourai Mol. Met het aanstellen van junior-raadsleden wil de raad de kennis en ervaring van jongere generaties laten doorklinken in zijn werk. Zij nemen deel aan alle werkzaamheden van de raad.

De Kaderwet adviescolleges geeft aan dat de Rli elke vier jaar een evaluatie moet uitvoeren. Op 1 augustus 2016 eindigde de eerste zittingstermijn (2012-2016) van de raad en op 1 augustus 2020 eindigde de tweede zittingsperiode (2016-2020).

Totstandkoming advies bewerken

De raad komt maandelijks bijeen. Deze bijeenkomsten vormen het hart van het raadswerk: lijnen voor de adviezen worden uitgezet, het gezamenlijk werkprogramma en de voortgang besproken, de conceptadviezen bediscussieerd en vastgesteld. Voor ieder adviesonderwerp stelt de raad een commissie van raadsleden samen, aangevuld met externe deskundigen. Deze groep, ondersteund door medewerkers van het secretariaat van de raad, bereidt het advies voor. De adviezen komen in een open proces met de omgeving tot stand. Om inzichten, standpunten en informatie te vergaren, oriënteert de raad zich extern door middel van: interviews, werkbezoeken, workshops, discussiebijeenkomsten, expert meetings, rondetafelgesprekken, literatuurstudie, et cetera. Na accordering door de raad zijn de adviezen openbaar.[5]

Externe link bewerken