Piscivoravis

geslacht uit de familie Songlingornithidae

Piscivoravis is een geslacht van uitgestorven vogels uit het Vroeg-Krijt van het huidige China, behorend tot de Ornithuromorpha.

Piscivoravis
Status: Uitgestorven
Fossiel voorkomen: Vroeg-Krijt
Piscivoravis heeft net een visje gevangen
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Onderklasse:Ornithuromorpha
Familie:Songlingornithidae
Geslacht
Piscivoravis
Zhou et al., 2013
Typesoort
Piscivoravis lii
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

Vondst en naamgeving

bewerken

In 2013/2014 werd de typesoort Piscivoravis lii benoemd en beschreven door Zhou Shuang, Zhou Zhenghe en Jingmai Kathleen O'Connor. De geslachtsnaam verbindt het Latijn avis, 'vogel' met 'piscivoor', 'visetend'. De soortaanduiding eert Li Yutong, preparateur bij het Institute of Vertebrate Paleontology and Paleoanthropology te Beijing die ook het typespecimen van Piscivoravis verder prepareerde. De naam werd al in 2013 geldig elektronisch gepubliceerd en in 2014 in gedrukte vorm.

Het holotype IVPP V17078 was vermoedelijk kort voor de beschrijving door illegale fossielenjagers opgegraven bij het dorp Xiaotaizi in Liaoning in een laag van de Jiufotangformatie die in 2013 gedateerd werd op een ouderdom van 120 miljoen jaar en stammend uit het Aptien; later werden deze lagen als jonger gezien, vroeg Albien. Het bestaat uit een skelet met schedel platgedrukt op een enkele plaat. Het grootste deel van de schedel en onderkaken, de voorkant, valt net buiten de abrupt afgesneden plaat. Het skelet ligt in verband. Het bewaart weke delen en resten van het verenkleed. Op de plaat zijn ook resten van visjes aanwezig. Het betreft een jongvolwassen dier.

Beschrijving

bewerken

Piscivoravis was een vrij grote vogel, zo'n vijfendertig centimeter lang.

De beschrijvers wisten enkele onderscheidende kenmerken vast te stellen. Eén daarvan is een autapomorfie, unieke afgeleide eigenschap. Het schaambeen is over de bovenste helft tot derde deel aan de binnenkant ingekeept door een diepe groeve.

Verder is er een unieke combinatie van op zich niet unieke kenmerken. Bij het synsacrum, vergroeide heiligbeen, vormen de doornuitsteeksels een hoge kam die naar achteren afloopt. Bij het vorkbeen lopen de uiteinden van de takken sterk taps toe. Het borstbeen is wijd, breder dan lang. Het schaambeen is lang, taps toelopend en aan het bovenste uiteinde ingesnoerd. Bij het opperarmbeen is de deltopectorale kam naar voren afgebogen. De handklauwen zijn groot en sterk gekromd. De arm is 14 procent langer dan de achterpoot. De bovenkant van het scheenbeen draagt twee cristae cnemiales.

De nek telt vermoedelijk tien halswervels en de romp twaalf ruggenwervels. Het heiligbeen bestaat uit negen of tien wervels. De staartbasis heeft drie vrije wervels; een vierde is gedeeltelijk vastgegroeid aan het pygostyle. De staartwaaier telt minstens zes, vrij brede, veren.

De eerste vinger van de hand is robuust en een duidelijke alula is zichtbaar, die zelden als vleugeltje bij basale ornithuromorfen bewaard is gebleven. De eerste en derde handklauwen zijn robuust en gekromd. De tweede handklauw is een dun botje.

Fylogenie

bewerken

In 2013 werd Piscivoravis basaal in de Ornithuromorpha geplaatst. Een analyse uit 2015 echter toonde een positie in de Songlingornithidae, als zustersoort van Yanornis.

Het volgende kladogram toont het resultaat van de cladistische analyse uit 2015 van de positie van Piscivoravis in de evolutionaire stamboom.

Euornithes 

Archaeorhynchus


 Ornithuromorpha 

Patagopteryx



Vorona


 

Schizooura


 
 Hongshanornithidae 

Hongshanornis


 

Parahongshanornis


 

Longicrusavis


 

Tianyuornis



Archaeornithura






 

Jianchangornis


 
 Songlingornithidae 

Songlingornis


 

Yixianornis


 

Piscivoravis



Yanornis





 

Gansus


 

Apsaravis



Ornithurae, waaronder moderne vogels










Levenswijze

bewerken

De steenplaat toont onder de onderkaak en in de buikholte gedeeltelijke skeletjes van kleine visjes, voornamelijk losse wervels en ribben. De visjes zijn vermoedelijk Teleostei. Volgens de beschrijvers gaat het hier niet om een toevallige associatie maar zijn deze resten een duidelijk bewijs dat Piscivoravis een viseter was — vandaar de geslachtsnaam. Hij zou in meren op vis gejaagd hebben. Het skeletje onder de onderkaak werd gezien als een braakbal.