Kleine viltmuts

soort uit het geslacht Pogonatum

De kleine viltmuts (Pogonatum nanum) is een mos uit de familie Polytrichaceae. Hij groeit op lemige standplaatsen, vooral waar vers leem aan de oppervlakte komt, bijv. bij graafwerkzaamheden in groeven.

Grote viltmuts
Kleine viltmuts
Taxonomische indeling
Rijk:Plantae (Planten)
Stam:Bryophyta (Mossen)
Klasse:Polytrichopsida
Orde:Polytrichales
Familie:Polytrichaceae
Geslacht:Pogonatum
Soort
Pogonatum nanum
(Schreb. ex Hedw.) P. Beauv. (1805)
Kleine viltmuts
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Grote viltmuts op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Kenmerken bewerken

Hij heeft 0,5-1 cm lange stengels met spiraalvormig uitstekende (of gebogen als het droog is) 3-4 mm lange bladeren. Deze hebben een gladde rand, maar zijn ruw op de zitting, hebben een smalle tongvormige rand en zijn wat vloeibaar. Het dwergviltmutsmos rijst op uit de laaglanden tot een hoogte van 2000 meter. De seta (kapselsteel) is 0,8–1,5 cm lang en komt voort uit de punt van elke stengel. Het sporenkapsel is hooguit licht hellend en heeft een opening die wordt afgesloten door een vlies. Boven de opening, die zo is afgesloten, zit nog een dikke, 'vilten muts'. Sporenrijping vindt plaats in de winter.

Deze soort is het gemakkelijkst te onderscheiden van Pogonatum aloides aan de kortere en bolronde theca. Bij Pogonatum aloides is ze langwerpiger. Kapsels zijn bij beide soorten meestal wel aanwezig.

Ecologie bewerken

De soort groeit op kalkarme of kalkvrije ondergronden die gedurende een langere periode van de dag zonlicht krijgen. Het mos houdt van matig vochtige of droge grond en koloniseert daarom vaak scheuren in de grond aan ravijnen of bosranden.

Pogonatum nanum geeft net als P. aloides de voorkeur aan lemige standplaatsen. Ook P. nanum is een soort van het pleistoceen. P. nanum groeit op kalkrijkere standplaatsen dan P. aloides.

Verspreiding bewerken

In Nederland komt de klein viltmuts zeldzaam voor.

Foto's bewerken