Gebruiker:PeHa/Jungantur Gaudia Musis

Het Deventer Studentencorps was een studentencorps in de Overijsselse stad Deventer, dat in ieder geval in de 18e eeuw bestond en gelieerd was aan het Athenaeum Illustre. Een mogelijk opnieuw opgericht corps in de 19e eeuw hield op te bestaan in 1868. Dit werd ook aangeduid met de naam van de senaat, Jungantur Gaudia Musis^[a] (Laten de vreugden zich aan de Muzen paren).^[1]

Geschiedenis

Een banier van het studentencorps, onderdeel van de collectie van Museum De Waag.

In 1827 was de groensenaat één van de acht senaten die door het Leidse collegium erkend werden.^[2] Het Deventer corps stelde zich, getuige zijn brieven, onderdanig op ten opzichte van het 'ervaren' Leidse collegium. Het studentenleven op de Athenaea Illustrum verschilde wel duidelijk van die van de universiteiten, en ook de ontgroeningen waren milder. Er is een geval bekend dat van een 'groen' in Deventer slechts werd verwacht te trakteren op een maaltijd van minimaal drie gulden, terwijl nieuwelingen in andere studentensteden op veel hardere wijze werden aangepakt om als student erkend te worden.^[3] In Leiden leidden de praktijken van groensenaten in 1838 nog tot het Kraakmanincident, waarbij een eerstejaarsstudent (die zich verzette tegen de ontgroeningspraktijken) bijna gestikt was.

1804-1868 (N.V.E.B. van der Kamp (1978), Nederlands archievenblad, Volumes 82-83)
Bewijzen voor Christianus Antonius Kock van zijn benoeming tot tweeden pedellus en tot ceremoniemeester van het studentencorps te Deventer (1805, 1806) ^[4]
Archiefbeschrijving Bul van het Deventer Studenten Corps "Iungantur Gaudia Musis" voor Johannes Panneboeter, 1807, okt. 15 , NL-DvHCO, HCO Stadsarchief Deventer, ID 0954, Studentencorps Iungantur Gaudia Musis en dispuutgezelschappen Daventria, geraadpleegd van www.archieven.nl theologiestudent Johannes Panneboeter (1807 ingeschreven).
Bijdrage over invulling senaat (Collegium Praesidium) (Minerva, 1835)
vaandel met Minerva/Apollo en Bacchus (1855) + ouder vaandel geschilderd door Jan Derk Huibers (Jacob Cornelis van Slee (1916), De illustre school te Deventer, 1630-1878: hare geschiedenis, hoogleeraren en studenten, met bijvoeging van het album studiosorum, 1816) Apollo en Bacchus
Beschrijving munten Dirks, J. (1889). Beschrijving der Nederlandsche of op Nederland en Nederlanders betrekking hebbende penningen, geslagen tusschen November 1813 en November 1863 (Vol. 2), p. 171. Haarlem: De Erven F. Bohn.

Smaad, studenten die doorstuderen in Leiden en Utrecht (Vox studiosorum, Volume 3, 1867)
Verval, art. 148b (Vox studiosorum, Volume 4, 1868). Meeste studenten wonen nog bij hun ouders.
nieuwe leden aanmelden voor 1 september (Opregte Haarlemsche Courant, 1868, 24 augustus)
archieven vernietigd
Opgeheven met algemene stemmen (2), banier, senaatspenningen etc. naar Leiden, notulen verbrand (Leidse Courant (1868, 9 oktober))
1 oud banier (wapen Twickelo) en 2 nieuwe banieren in bezit van Kabinet van Zeldzaamheden - Catalogus Kabinet van Zeldzaamheden (ca. 1890)
Erkenning Delft ^[5]

1827 senaat erkend door Leids Collegium ^[6]

In 1859 werd een nieuw vaandel gebruikt, dat Ouder vaandel: wapen van Twickelo. Vanaf 1859 werd de senaat van het Deventer corps in Utrecht voortgezet als studentenwandelgezelschap onder dezelfde naam op. Het hanteerde ook het vaandel en een beker van de Deventer Studentencorps.^[7]^[8] Van 1911 tot 1930 was in Leiden een Bond van Leidsche Studenten onder dezelfde naam actief.^[9]

Deventer Dagblad. (19-10-1953). ,,Junganfur Gaudia Musis" bezocht geboortegrond - Ontdekkingen en verrassingen in Athenaeum-bibliotheek.Deventer dagblad, 19-10-1953, p. 3. Geraadpleegd op Delpher op 08-07-2022, www.delpher.nl 1 corps, 3 subcorpsen

Geen eigen sociëteit, in tegenstelling tot de meeste andere corpsen. Roy, A.L., Van Gelein Vitringa, L.J. (1865). Vox studiosorum, p. 343. Hazenberg

Bekende leden

Noten

↑ Ook de schrijfwijze Iungantur Gaudia Musis komt voor.

Referenties

↑ Dirks, J. (1889). Beschrijving der Nederlandsche of op Nederland en Nederlanders betrekking hebbende penningen, geslagen tusschen November 1813 en November 1863 (Vol. 2), p. 171. Haarlem: De Erven F. Bohn. Geraadpleegd van www.scribd.com
↑ Scholten, Paul, Van der Byll, H., Westermann, J.C.. Geschiedenis van het Amsterdamsch studentenleven, 1632-1932.
↑ de Vrankrijker, A. C. J. (1939). Vier eeuwen Nederlandsch studentenleven. Uitgeverij Boot NV.
↑ Formsma, W.J. (1943), De archivalia van de Oldenzaalsche Oudheidkamer. (1e aanvulling door B.H. Hommen, met advies van Dr. W.J. Formsma), p. 9 (invent. nr. 441a). Oldenzaal. Geraadpleegd van docplayer.nl
↑ https://www.delpher.nl/nl/boeken/view?coll=boeken&page=2&identifier=MMKB02:000118467:00023&objectsearch=deventer&query=%22gaudia+musis%22
↑ Scholten, P., Van der Byll, H., Westermann, J.C. (1932). Geschiedenis van het Amsterdamsch studentenleven, 1632-1932. International antiquariaat (Menno Hertzberger), p. 106.
↑ Bierens de Haan, J., & De Beaufort, A. J. (Reds.). (1936). Het Utrechtsch studentenleven 1636-1936.
↑ Utrechts Studenten Almanak 1887, p. 142
↑ Calkoen, G.A. (2012). Onder studenten: Leidse aanstaande medici en de metamorfose van de geneeskunde in de negentiende eeuw (1838-1888). Leiden: Uitgeverij Ginkgo.
↑ Diploma van het lidmaatschap van het Deventer studentencorps voor W.H. Cost Jordens, 1816 in Stadsarchief Deventer, 1099-84
↑ Minerva. Tijdschrift voor Studenten, R. Croese, 1835, p. 41. Geraadpleegd van Delpher
↑ Diploma van toetreding in het Deventer studentencorps "Jungantur Gaudia Musis" van Albertus van Delden, 1845, 3 oktober in Stadsarchief Deventer, 1097-5
↑ Posthumus, N.W. (1883). "Dr. D. J. Steyn Parvé. Eigen Haard, 1883(20), pp. 249-250. Geraadpleegd van Google Books
↑ "Berigten". Lucifer: akademische courant, Volume 1 (1850), p. 4. Geraadpleegd van Google Books

[1] Ook de schrijfwijze Iungantur Gaudia Musis komt voor.

[2] Dirks, J. (1889). Beschrijving der Nederlandsche of op Nederland en Nederlanders betrekking hebbende penningen, geslagen tusschen November 1813 en November 1863 (Vol. 2), p. 171. Haarlem: De Erven F. Bohn. Geraadpleegd van www.scribd.com

[3] Scholten, Paul, Van der Byll, H., Westermann, J.C.. Geschiedenis van het Amsterdamsch studentenleven, 1632-1932.

[4] Vrankrijker, A. C. J. (1939). Vier eeuwen Nederlandsch studentenleven. Uitgeverij Boot NV.

[5] Formsma, W.J. (1943), De archivalia van de Oldenzaalsche Oudheidkamer. (1e aanvulling door B.H. Hommen, met advies van Dr. W.J. Formsma), p. 9 (invent. nr. 441a). Oldenzaal. Geraadpleegd van docplayer.nl

[6] ttps://www.delpher.nl/nl/boeken/view?coll=boeken&page=2&identifier=MMKB02:000118467:00023&objectsearch=deventer&query=%22gaudia+musis%22

[7] Scholten, P., Van der Byll, H., Westermann, J.C. (1932). Geschiedenis van het Amsterdamsch studentenleven, 1632-1932. International antiquariaat (Menno Hertzberger), p. 106.

[8] Bierens de Haan, J., & De Beaufort, A. J. (Reds.). (1936). Het Utrechtsch studentenleven 1636-1936.

[9] Utrechts Studenten Almanak 1887, p. 142

[10] Calkoen, G.A. (2012). Onder studenten: Leidse aanstaande medici en de metamorfose van de geneeskunde in de negentiende eeuw (1838-1888). Leiden: Uitgeverij Ginkgo.

[11] Diploma van het lidmaatschap van het Deventer studentencorps voor W.H. Cost Jordens, 1816 in Stadsarchief Deventer, 1099-84

[12] Minerva. Tijdschrift voor Studenten, R. Croese, 1835, p. 41. Geraadpleegd van Delpher

[13] Diploma van toetreding in het Deventer studentencorps "Jungantur Gaudia Musis" van Albertus van Delden, 1845, 3 oktober in Stadsarchief Deventer, 1097-5

[14] Posthumus, N.W. (1883). "Dr. D. J. Steyn Parvé. Eigen Haard, 1883(20), pp. 249-250. Geraadpleegd van Google Books

[15] "Berigten". Lucifer: akademische courant, Volume 1 (1850), p. 4. Geraadpleegd van Google Books

[a]

[1]

[2]

[3]

[4]

[5]

[6]

[7]

[8]

[9]

[10]

[11]

[12]

[13]

[14]