Epen

dorp in de Limburgse gemeente Gulpen-Wittem, Nederland

Epen (Limburgs: Ieëpe) is een van de zuidelijkst gelegen dorpen in het Europese deel van het Koninkrijk der Nederlanden. Het is onderdeel van de gemeente Gulpen-Wittem in de Nederlandse provincie Limburg. De buurtschappen Plaat, Terpoorten, Diependal, Terziet en Kuttingen liggen nog net iets zuidelijker. Van oudsher hoort het dorp bij de gemeente Wittem, die in 1999 met Gulpen fuseerde tot de nieuwe gemeente Gulpen-Wittem.

Epen
Ieëpe
Plaats in Nederland Vlag van Nederland
Epen (Limburg)
Epen
Situering
Provincie Vlag Limburg Limburg
Gemeente Vlag Gulpen-Wittem Gulpen-Wittem
Coördinaten 50° 47′ NB, 5° 55′ OL
Algemeen
Oppervlakte 7,42[1] km²
- land 7,39[1] km²
- water 0,03[1] km²
Inwoners
(2023-01-01)
1.035[1]
(139 inw./km²)
Woningvoorraad 508 woningen[1]
Overig
Postcode 6285
Netnummer 043
Woonplaatscode 1232
Detailkaart
Kaart van Epen
Ligging in de gemeente
Foto's
Dorpspanorama vanaf Camerig
Dorpspanorama vanaf Camerig
Portaal  Portaalicoon   Nederland

Epen is een plaatsje in het Zuid-Limburgse Heuvelland, bekend vanwege de vele vakwerkhuisjes. In en rondom Epen staan zo'n 480 woningen met ongeveer 1.035 inwoners, waarvan ruim 710 in het dorp zelf wonen.

Toponymie bewerken

De naam "Epen" is afgeleid van een Germaans woord met mogelijk een Keltische oorsprong, "apa", een woord voor "water".

Historie bewerken

In de Romeinse tijd werd de omgeving gekoloniseerd. Legionairs die hun tijd uitgediend hadden, kregen een stuk land toegewezen dat in ontginning werd gebracht. Hieruit zouden later de grote Romeinse hoeven ontstaan: de villa's, waarvan er diverse in de omgeving zijn opgegraven.

Epen was in de vroege Middeleeuwen privé-eigendom van de Karolingische koningen. In 1041 duikt de naam voor het eerst op als "Apine" in een akte van de Roomse Koning Hendrik. In 1056 heeft de tot Duits keizer gekroonde Hendrik goederen "in villa Apensis" aan het Sticht Burtscheid vermaakt. Tot aan de Franse tijd in 1794 bleven de Epense bezittingen in handen van deze abdij. Epen behoorde samen met de nabijgelegen dorpen Mechelen en Wahlwiller tot de enige Nederlandse plaatsen die ooit tot het Hertogdom Limburg hebben behoord.

Na de Middeleeuwen heeft de omgeving veel te lijden gehad van oorlogshandelingen en van rondtrekkende bendes gedeserteerde soldaten. Er heerste veel armoede. De armoede is waarschijnlijk ook een van de redenen dat er zoveel vakwerkgebouwen zijn blijven bestaan.

Pas tussen de beide wereldoorlogen begon de welvaart toe te nemen. Epen werd toen toeristisch ontdekt door mensen met belangstelling voor de natuur en voor de geologie. Onder de eerste toeristen die Epen bezocht hebben, bevond zich Eli Heimans, onderwijzer uit Amsterdam en bevlogen natuurpropagandist. Hij was onder meer een van de oprichters van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten, samen met de in Maastricht geboren Jac. P. Thijsse, de schrijver van veel boeken over de natuur. Naar aanleiding van zijn vakantie in 1910 te Epen schreef hij het boekje "Uit ons Krijtland", waarin hij de omgeving van Epen beschreef. Veel ervan is nu nog terug te vinden. Zijn naam komt een aantal keren voor in het Epense: het Heimansreservaat (het Onderste en Bovenste Bos te Epen), de Heimansgroeve (langs de Geul ten zuiden van het dorp, waar carboongesteente aan de oppervlakte komt) en ten slotte de Heimansstraat te Epen.

Bezienswaardigheden bewerken

 
Sint Paulus Bekering

Natuur en landschap bewerken

Epen is gelegen op de rand van het Plateau van Crapoel, op de westflank van de Geulvallei. De hoogte bedraagt ongeveer 140 meter.

De Heimansgroeve, genoemd naar de natuurpropagandist Eli Heimans, ligt vlak bij Epen. Er komen oude geologische lagen uit het Carboon aan de oppervlakte. In de omgeving liggen veel natuurgebieden. Naast het Geuldal betreft dat het Onderste Bosch en het Bovenste Bosch in het zuidwesten, het Kruisbos en het Schweibergerbos in het noordwesten, en het Vijlenerbos in het oosten.

Bronnenland bewerken

In de omgeving van Epen zijn er tal van bronnen en beekjes te vinden die allemaal uitmonden in de Geul en haar zijrivieren. Aan de noordzijde van het dorp liggen de Nutbron en de Paulusborn (beide op de linkeroever van de Geul), ten oosten van het dorp liggen op de rechteroever de Bommerigerbeek, Mässel en Camerigerbeek, en ten zuiden van het dorp liggen tot aan de Belgische grens de Dorphoflossing, Terzieterbeek (met zijbeken Helbergbeek, Bredebron, Fröschebron en Platergrub), Klopdriesscherbeek, Lingbergbeek, Lousbergbeek, Tergraatbeek, Belleterbeek, Berversbergbeek, Elzeveldlossing en Cottesserbeek.[2]

Zinkerts bewerken

 
Zinkviooltje

In Epen komt het voor Nederland unieke zinkviooltje voor. Dit komt doordat er zinkerts in de bodem aanwezig is. Dat zink wordt door de Geul aangevoerd vanuit het Belgische Kelmis, waar tot in de twintigste eeuw diverse zinkmijnen gehuisvest waren. Naast het zinkviooltje komen ook nog de zinkboerenkers, de blaassilene en het schapengras voor.

Foto's bewerken

Evenementen bewerken

Het oude schoolgebouw "Patronaat" is de bakermat van het festival Kunstdagen Wittem. In 1986 en 1987 werden hier op initiatief van musicus Luc ten Klooster de eerste "Kamermuziekdagen Epen" georganiseerd. In 1988 leidde dit, mede dankzij de inzet van de plaatselijke timmerman en kunstliefhebber Paul Groneschild, tot de oprichting van het jaarlijkse festival Kunstdagen Wittem. Omdat het Patronaat te klein werd voor het festival en in 2001 de monumentale Kloosterbibliotheek van Wittem beschikbaar kwam, verhuisde in dat jaar het festival naar Wittem.

Nabijgelegen kernen bewerken

Mechelen, Slenaken, Sippenaeken, Vijlen, Vaals

Bovendien liggen in de omgeving nog de buurtschappen: Terpoorten, Plaat, Terziet, Kuttingen, Klein-Kuttingen, Diependal, Eperheide, Kosberg, Schweiberg, Bissen, Dal, Höfke, Hurpesch, Broek, Camerig, Cottessen

Geboren in Epen bewerken

Zie de categorie Epen van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.