Contractiestelling van Banach

De contractiestelling van Banach is een belangrijk hulpmiddel in de theorie van de metrische ruimten. De stelling garandeert het bestaan en de uniciteit van dekpunten van zekere afbeeldingen van metrische ruimten naar zichzelf, en biedt een constructieve methode om die punten te vinden. De theorie is vernoemd naar Stefan Banach (1892–1945).

De contractiestelling van Banach is de bekendste en meest toegepaste dekpuntstelling, mede vanwege de erbij geleverde constructieve wijze waarmee het unieke dekpunt kan worden gevonden.

Stelling bewerken

Zij   een gesloten interval en   een functie waarvoor een zekere   met   bestaat zodat voor alle   geldt:

 

dan heeft   precies één dekpunt, dat wil zeggen, er is precies één   met  .

Opmerking bewerken

Als met de Contractiestelling van Banach bewezen is dat er een dekpunt bestaat, kan dat punt gevonden worden als limiet van de rij

 

waarin   een willekeurig gekozen startwaarde is.

Een veel gemaakte fout is dat men slechts aantoont dat voor alle   geldt dat

 .

Deze eigenschap is onvoldoende om tot het bestaan van een dekpunt te kunnen besluiten. Ook is het belangrijk dat het definitiegebied een gesloten interval is.

Ruimere formulering bewerken

De stelling kan ook ruimer geformuleerd worden:

Zij   een volledige metrische ruimte en   zodanig dat voor alle   voor zekere   met  , dan heeft   precies één dekpunt.

Voorbeeld bewerken

We bewijzen de volgende stelling:
Als

 ,   en  ,

dan heeft de differentiaalvergelijking

 

precies één oplossing op   als   voldoet aan de zogenaamde Lipschitzvoorwaarde

 

voor alle

 ,  

Bewijs bewerken

We schrijven de differentiaalvergelijking + randvoorwaarde in de volgende vorm:

 

Beschouw nu de afbeelding   die aan een continue functie   toevoegt de functie  , gedefinieerd door

 

We zoeken dus naar het dekpunt van  . (  is de banachruimte van continue functies op   met de supremumnorm)

 
 

Dus

 

Als  , volgt uit de contractiestelling bovenstaande stelling.

Deze eis kan worden weggelaten door het segment   te partitioneren in kleine deelsegmentjes   waarvoor geldt

 

Op elke van die segmentjes krijgen we een oplossing, die we uiteindelijk kunnen samenvoegen tot één globale oplossing op  .