De Boston Marathon is een jaarlijkse marathon die gelopen wordt in de Amerikaanse stad Boston, op Patriot's Day, de derde maandag in april. De wedstrijd maakt deel uit van de World Marathon Majors.

Boston Marathon 2005
Emily Levan bij kilometer 32 in 2005
Natick
Robert Cheruiyot tijdens de Boston Marathon van 2006
Jelena Prokopcuka tijdens de Boston Marathon 2007
Finish Boston Marathon 1910

Het is een van de oudste en meest populaire professionele marathons in de wereld. Atleten vanuit de hele wereld trotseren het heuvelachtige traject en het onberekenbare weer van New England om deel te nemen.
De eerste wave begint om negen uur 's ochtends in Hopkinton, en vandaar volgen de deelnemers een afstand van 42,195 km over heuvelachtige wegen naar het centrum van Boston, waar de finish is, vlak bij Copley Square, voor Bostons openbare bibliotheek.

Er wordt in drie verschillende categorieën gestart: rolstoelen, mannen en vrouwen. Gemiddeld nemen ongeveer twintigduizend lopers deel aan de Boston Marathon. Lopers moeten zich eerst kwalificeren in andere marathons, voordat ze mogen deelnemen. In 1996, toen de honderdste Boston Marathon werd gelopen, werden voor de gelegenheid de kwalificatie-eisen voor een jaar opgeheven. Het aantal deelnemers dat jaar was 38.000.

Op de dag van de marathon, Patriot's Day, is er altijd een thuiswedstrijd van het professionele honkbalteam van Boston, de Boston Red Sox, die om elf uur 's morgens begint in Fenway Park, dat aan de marathonroute ligt. Als deze wedstrijd afgelopen is, is het de traditie dat alle toeschouwers het stadion uitstromen om de marathonlopers toe te juichen voor hun laatste kilometers.

Geschiedenis bewerken

De Boston Marathon werd voor het eerst gehouden in 1897, na het succes van de eerste moderne marathon tijdens de Olympische Zomerspelen 1896 in Athene.

Aanvankelijk was de Boston Marathon alleen een wedstrijd voor mannelijke atleten. Roberta Gibb was de eerste vrouw, die de hele Boston Marathon liep in 1966. Zij liep de marathon drie keer door in de bosjes bij de start onopgemerkt te wachten op het startsignaal, waarna ze zonder rugnummer de wedstrijd liep. In 1967 liep Kathrine Switzer de race met een officieel rugnummer, nadat ze zich had aangemeld als K. Switzer zonder duidelijk haar geslacht te vermelden. Toen de organisatoren ontdekten dat er een vrouw meeliep, probeerden ze Switzer letterlijk uit de wedstrijd te duwen, maar slaagden daar uiteindelijk niet in.

De editie van 1968 die werd gewonnen door Amby Burfoot, geldt algemeen als een van de voorboden van de hardlooprage die in de jaren zeventig grotere vormen zou aannemen, in de Verenigde Staten en daarbuiten. Later zou dit de 'marathon boom' worden genoemd. Telde de Boston Marathon in 1967 ruim 600 deelnemers, in 1969 waren het er 1000 en in 1975 meer dan 2000. In 1991 haalde Boston het recordaantal van bijna 10.000 deelnemers.[1] Amby Burfoot zelf leverde aan die groeiende populariteit ook verdere bijdragen als sportjournalist.

In 1972 werden vrouwen voor het eerst officieel toegelaten, en in dat jaar won Nina Kuscik de wedstrijd voor de vrouwen. Dat jaar bereikten alle acht gestarte vrouwelijke deelnemers de finish.

In 1980 was er een schandaal, toen de amateurloopster Rosie Ruiz uit het niets de vrouwenwedstrijd won. De organisatoren werden achterdochtig toen ze ontdekten, dat Ruiz op geen enkele video-opname van eerder uit de wedstrijd voorkwam. Nader onderzoek wees uit dat Ruiz het grootste deel van het traject had overgeslagen, en ongeveer een kilometer voor de finish vanuit het publiek was gekomen om als eerste over de lijn te gaan. Ze werd gediskwalificeerd, en de Canadese Jacqueline Garau werd tot winnaar uitgeroepen.

In 2009 werd de marathon bij de mannen gewonnen door de Ethiopiër Deriba Merga, een Oromo. Zijn overwinning werd in de publiciteit aangevat om de positie van deze bevolkingsgroep in Ethiopië onder de aandacht te brengen, waarbij sprake zou zijn van schending van mensenrechten.[2][3]

Voor het grootste deel van de geschiedenis van de Boston Marathon streden de deelnemers voor de eer. Nadat in de jaren tachtig professionele atleten hadden geweigerd te lopen zonder er financieel beter van te worden, worden sinds 1986 geldprijzen uitgereikt.

Op 15 april 2013 werd tijdens de Boston Marathon een aanslag gepleegd. Twee bommen werden ter hoogte van het laatste rechte stuk voor de eindstreep tot ontploffing gebracht, waarbij drie doden en meer dan honderd gewonden vielen.[4]

Parcours bewerken

De Boston Marathon wordt als een van de moeilijkste marathons in de wereld beschouwd. Een van de redenen is Heart Break Hill bij Newton, een lange, slopende heuvel die de lopers op moeten, nadat ze al tientallen kilometers achter de rug hebben, voordat ze afdalen naar de finish in Boston.

Omdat het traject zo moeilijk is, werd slechts tweemaal in Boston het wereldrecord gebroken. In 1947 brak de Koreaan Suh Yun-bok het wereldrecord voor de mannen tot 2:25.39. Het wereldrecord voor vrouwen werd in Boston gevestigd in 1975 met 2:42.24.

Het traject komt niet in aanmerking voor erkenning van records, omdat de finish aanzienlijk lager ligt dan de start (140 meter) en het start- en eindpunt te ver uit elkaar liggen (ruim 38 km), waardoor er eventueel van meewind kan worden geprofiteerd.

Parcoursrecords bewerken

Categorie Naam Land Tijd Jaar
Mannen, Open Geoffrey Mutai Kenia 2:03.02 2011
Vrouwen, Open Rita Jeptoo Kenia 2:18.57 2014
Mannen, Masters John Campbell Nieuw-Zeeland 2:11.04 1990
Vrouwen, Masters Firaya Sultanova-Zhdanova Rusland 2:27.58 2002
Mannen, rolstoelen Ernst Van Dyk Zuid-Afrika 1:18.27 2004
Vrouwen, rolstoelen Jean Driscoll Verenigde Staten 1:34.22 1994

Kwalificatie-eisen bewerken

De organisatie van de Boston Marathon hanteert strenge eisen ten aanzien van deelname. Voor 2022 zijn de volgende eisen van kracht[5]:

Leeftijd Mannen Vrouwen
18–34 3:00 3:30
35–39 3:05 3:35
40–44 3:10 3:40
45–49 3:20 3:50
50–54 3:25 3:55
55–59 3:35 4:05
60–64 3:50 4:20
65–69 4:05 4:35
70–74 4:20 4:50
75–79 4:35 5:05
80+ 4:50 5:20

Uitslagen bewerken

Top 10 snelste overall bewerken

 
Rita Jeptoo, drievoudig winnares, in de Boston Marathon van 2007.

Met een gemiddelde tijd van 2:05.36,4 staat Boston op de twaalfde plaats op de Lijst van snelste marathonsteden wereldwijd.

Rang Naam Land Tijd Jaar Plek
1 Geoffrey Mutai   KEN 2:03.02 2011 1
2 Moses Mosop   KEN 2:03.06 2011 2
3 Gebre-egziabher Gebremariam   ETH 2:04.53 2011 3
4 Ryan Hall   USA 2:04.58 2011 4
5 Robert Kiprono Cheruiyot   KEN 2:05.52 2010 1
6 Evans Chebet   KEN 2:05.54 2023 1
7 Abreham Cherkos   ETH 2:06.13 2011 5
8 Sisay Lemma   ETH 2:06.17 2024 1
9 Robert Kiprono Cheruiyot   KEN 2:06.43 2011 6
10 Evans Chebet   KEN 2:06.51 2022 1

(bijgewerkt t/m 2024)

Erelijst bewerken

Editie Jaar Winnaar Land Tijd Winnares Land Tijd
127 15 april 2024 Sisay Lemma   ETH 2:06.17 Hellen Obiri   KEN 2:22:37
126 17 april 2023 Evans Chebet   KEN 2:05.54 Hellen Obiri   KEN 2:21:38
125 18 april 2022 Evans Chebet   KEN 2:06.51 Peres Jepchirchir   KEN 2:21.02
124 11 oktober 2021 Benson Kipruto   KEN 2:07.57 Diana Kipyogei   KEN 2:24.45
Afgelast omwille van de corona-pandemie
123 15 april 2019 Lawrence Cherono   KEN 2:07.57 Worknesh Degefa   ETH 2:23.31
122 16 april 2018 Yuki Kawauchi   JPN 2:15.58 Desiree Linden   USA 2:39.54
121 17 april 2017 Geoffrey Kirui   KEN 2:09.37 Edna Kiplagat   KEN 2:21.52
120 18 april 2016 Lemi Berhanu Hayle   ETH 2:12.45 Atsede Baysa   ETH 2:29.19
119 20 april 2015 Lelisa Desisa   ETH 2:09.17 Caroline Rotich   KEN 2:24.55
118 21 april 2014 Meb Keflezighi   USA 2:08.37 Rita Jeptoo   KEN 2:18.57
117 15 april 2013 Lelisa Desisa   ETH 2:10.22 Rita Jeptoo   KEN 2:26.25
116 16 april 2012 Wesley Korir   KEN 2:12.40 Sharon Cherop   KEN 2:31.50
115 18 april 2011 Geoffrey Mutai   KEN 2:03.02 Caroline Kilel   KEN 2:22.36
114 19 april 2010 Robert Kiprono Cheruiyot   KEN 2:05.52 Teyba Erkesso   ETH 2:26.11
113 20 april 2009 Deriba Merga   ETH 2:08.42 Salina Kosgei   KEN 2:32.16
112 21 april 2008 Robert Kipkoech Cheruiyot   KEN 2:07.46 Dire Tune   ETH 2:25.21
111 16 april 2007 Robert Kipkoech Cheruiyot   KEN 2:14.13 Lidia Grigorjeva   RUS 2:29.18
110 17 april 2006 Robert Kipkoech Cheruiyot   KEN 2:07.14 Rita Jeptoo   KEN 2:23.38
109 18 april 2005 Hailu Negussie   ETH 2:11.45 Catherine Ndereba   KEN 2:25.12
108 19 april 2004 Timothy Cherigat   KEN 2:10.37 Catherine Ndereba   KEN 2:24.27
107 21 april 2003 Robert Kipkoech Cheruiyot   KEN 2:10.11 Svetlana Zacharova   RUS 2:25.19
106 15 april 2002 Rodgers Rop   KEN 2:09.02 Margaret Okayo   KEN 2:20.43
105 16 april 2001 Lee Bong-Ju   KOR 2:09.43 Catherine Ndereba   KEN 2:23.53
104 17 april 2000 Elijah Lagat   KEN 2:09.47 Catherine Ndereba   KEN 2:26.11
103 19 april 1999 Joseph Chebet   KEN 2:09.52 Fatuma Roba   ETH 2:23.25
102 20 april 1998 Moses Tanui   KEN 2:07.34 Fatuma Roba   ETH 2:23.21
101 21 april 1997 Lameck Aguta   KEN 2:10.34 Fatuma Roba   ETH 2:26.23
100 15 april 1996 Moses Tanui   KEN 2:09.15 Uta Pippig   GER 2:27.12
99 17 april 1995 Cosmas Ndeti   KEN 2:09.22 Uta Pippig   GER 2:25.11
98 18 april 1994 Cosmas Ndeti   KEN 2:07.15 Uta Pippig   GER 2:21.45
97 19 april 1993 Cosmas Ndeti   KEN 2:09.33 Olga Markova   RUS 2:25.27
96 20 april 1992 Ibrahim Hussein   KEN 2:08.14 Olga Markova   RUS 2:23.43
95 15 april 1991 Ibrahim Hussein   KEN 2:11.06 Wanda Panfil   Polen 2:24.18
94 16 april 1990 Gelindo Bordin   ITA 2:08.19 Rosa Mota   POR 2:25.24
93 17 april 1989 Abebe Mekonnen   ETH 2:09.06 Ingrid Kristiansen   NOR 2:24.33
92 18 april 1988 Ibrahim Hussein   KEN 2:08.43 Rosa Mota   POR 2:24.30
91 20 april 1987 Toshihiko Seko   JPN 2:11.50 Rosa Mota   POR 2:25.21
90 21 april 1986 Robert de Castella   AUS 2:07.51 Ingrid Kristiansen   NOR 2:24.55
89 15 april 1985 Geoff Smith   GBR 2:14.05 Lisa Larsen Weidenbach   USA 2:34.06
88 16 april 1984 Geoff Smith   GBR 2:10.34 Lorraine Moller   NZL 2:29.28
87 18 april 1983 Greg Meyer   USA 2:09.01 Joan Benoit   USA 2:22.43 (WR)
86 19 april 1982 Alberto Salazar   USA 2:08.52 Charlotte Teske   FRA 2:29.33
85 20 april 1981 Toshihiko Seko   JPN 2:09.26 Allison Roe   NZL 2:26.46
84 21 april 1980 Bill Rodgers   USA 2:12.11 Jacqueline Gareau   CAN 2:34.28
83 16 april 1979 Bill Rodgers   USA 2:09.28 Joan Benoit   USA 2:35.15
82 17 april 1978 Bill Rodgers   USA 2:10.14 Gayle S. Barron   USA 2:44.53
81 18 april 1977 Neil Cusack   IRL 2:13.40 Michiko Gorman   USA 2:48.33
80 19 april 1976 Jack Fultz   USA 2:20.19 Kim Merritt   USA 2:47.10
79 21 april 1975 Bill Rodgers   USA 2:09.56 Liane Winter   GER 2:42.25
78 15 april 1974 Neil Cusack   IRL 2:13.40 Michiko Gorman   USA 2:47.12
77 16 april 1973 Jon Anderson   USA 2:16.03 Jacqueline Hansen   USA 3:05.59,2
76 17 april 1972 Olavi Suomalainen   FIN 2:15.39 Nina Kuscsik   USA 3:10.26,4
75 19 april 1971 Álvaro Mejía   Colombia 2:18.45 Sara Mae Berman   USA 3:08.30[6]
74 20 april 1970 Ron Hill   GBR 2:10.31 Sara Mae Berman
  USA 3:05.08[6]
73 21 april 1969 Yoshiaki Unetani   JPN 2:13.49 Sara Mae Berman   USA 3:22.46[6]
72 19 april 1968 Amby Burfoot   USA 2:22.17 Roberta Gibb   USA 3:40.00[6]
71 19 april 1967 David McKenzie   NZL 2:15.45 Roberta Gibb   USA 3:27.17[6]
70 19 april 1966 Kenji Kimihara   JPN 2:17.11 Roberta Gibb   USA 3:21.25[6]
69 19 april 1965 Morio Shigematsu   JPN 2:16.33
68 20 april 1964 Aureel Vandendriessche   BEL 2:19.59
67 19 april 1963 Aureel Vandendriessche   BEL 2:18.58
66 19 april 1962 Eino Oksanen   FIN 2:23.48
65 19 april 1961 Eino Oksanen   FIN 2:23.39
64 19 april 1960 Paavo Kotila   FIN 2:20.54
63 20 april 1959 Eino Oksanen   FIN 2:22.42
62 19 april 1958 Franjo Mihali   YUG 2:25.54
61 20 april 1957 John J. Kelley   USA 2:20.05
60 19 april 1956 Antti Viskari   FIN 2:14.14
59 19 april 1955 Hideo Hamamura   JPN 2:18.22
58 19 april 1954 Veikko Karvonen   FIN 2:20.39
57 20 april 1953 Keizo Yamada   JPN 2:18.51
56 19 april 1952 Doroteo Flores   Guatemala 2:31.53
55 19 april 1951 Shigeki Tanaka   JPN 2:27.45
54 19 april 1950 Ham Kee-Yong   KOR 2:32.39
53 19 april 1949 Karl Leandersson   SWE 2:31.50
52 19 april 1948 Gérard Côté   CAN 2:31.02
51 19 april 1947 Suh Yun-bok   KOR 2:25.39
(WR)
50 20 april 1946 Stylianos Kyriakides   GRE 2:29.27
49 19 april 1945 John A. Kelley   USA 2:30.40,2
48 19 april 1944 Gérard Côté   CAN 2:31.51
47 18 april 1943 Gérard Côté   CAN 2:28.26
46 19 april 1942 Bernard Joseph Smith   USA 2:26.51,2
45 19 april 1941 Gérard Côté   CAN 2:28.29
44 19 april 1940 Leslie S. Pawson   USA 2:30.38
43 19 april 1939 Ellison Brown   USA 2:28.52
42 19 april 1938 Leslie S. Pawson   USA 2:35.35
41 19 april 1937 Walter Young   CAN 2:33.20
40 20 april 1936 Ellison Brown   USA 2:33.41
39 19 april 1935 John A. Kelley   USA 2:32.08
38 19 april 1934 Dave Komonen   FIN 2:32.54
37 19 april 1933 Leslie S. Pawson   USA 2:31.02
36 19 april 1932 Paul DeBruyn   GER 2:33.37
35 20 april 1931 James P. Henigan   USA 2:46.46
34 19 april 1930 Clarence DeMar   USA 2:34.49
33 19 april 1929 Johnny Miles   CAN 2:33.09
32 19 april 1928 Clarence DeMar   USA 2:37.07
31 19 april 1927 Clarence DeMar   USA 2:40.23
30 19 april 1926 Johnny Miles   CAN 2:25.41
29 20 april 1925 Charles Mellor   USA 2:33.00,6
28 19 april 1924 Clarence DeMar   USA 2:29.41
27 19 april 1923 Clarence DeMar   USA 2:23.48
26 19 april 1922 Clarence DeMar   USA 2:18.10
25 19 april 1921 Frank Zuna   USA 2:18.58
24 19 april 1920 Peter Trivoulides   USA 2:29.31
23 19 april 1919 Carl Linder   USA 2:29.14
22 19 april 1918 Alleen estafetteteams van het Amerikaanse leger
21 19 april 1917 Bill Kennedy   USA 2:28.38
20 19 april 1916 Arthur Roth   USA 2:27.17
19 19 april 1915 Édouard Fabre   CAN 2:31.42
18 20 april 1914 Jim Duffy   CAN 2:25.02
17 19 april 1913 Fritz Carlson   USA 2:25.15
16 19 april 1912 Michael Ryan   USA 2:21.19
15 19 april 1911 Clarence DeMar   USA 2:21.40
14 19 april 1910 Fred Cameron   CAN 2:28.53
13 19 april 1909 Henri Renaud   USA 2:53.37
12 20 april 1908 Thomas Morrissey   USA 2:25.43
11 19 april 1907 Thomas Longboat   CAN 2:24.24
10 19 april 1906 Tim Ford   USA 2:45.45
9 19 april 1905 Fred Lorz   USA 2:38.26
8 19 april 1904 Michael Spring   USA 2:38.05
7 20 april 1903 John Lorden   USA 2:41.30
6 19 april 1902 Sammy Mellor   USA 2:43.16
5 19 april 1901 John Caffery   CAN 2:29.24
4 19 april 1900 John Caffery   CAN 2:39.45
3 19 april 1899 Lawrence Brignolia   USA 2:54.38
2 19 april 1898 Ronald J. MacDonald   CAN 2:42.00
1 19 april 1897 John J. McDermott   USA 2:55.10

Rolstoelwinnaars bewerken

Jaar Mannen Land Tijd Vrouwen Land Tijd
2016 Marcel Hug   SUI 1:24.06 Tatyana McFadden   USA 1:42.16
2015 Marcel Hug   SUI 1:29.53 Tatyana McFadden   USA 1:52.54
2014 Ernst F. Van Dyk   RSA 1:20.36 Tatyana McFadden   USA 1:35.06
2013 Hiroyuki Yamamoto   JPN 1:25.33 Tatyana McFadden   USA 1:45.25
2012 Joshua Cassidy   CAN 1:18.25 Wakako Tsuchida   JPN 1:37.36
2011 Masazumi Soejima   JPN 1:18.50 Wakako Tsuchida   JPN 1:34.06
2010 Ernst Van Dyk   RSA 1:26.53 Wakako Tsuchida   JPN 1:43.32
2009 Ernst Van Dyk   RSA 1:33.29 Wakako Tsuchida   JPN 1:54.37
2008 Ernst Van Dyk   RSA 1:26.49 Wakako Tsuchida   JPN 1:48.32
2007 Masazumi Soejima   JPN 1:29.16 Wakako Tsuchida   JPN 1:53.30
2006 Ernst Van Dyk   RSA 1:25.29 Edith Hunkeler   SUI 1:43.42
2005 Ernst Van Dyk   RSA 1:24.11 Cheri Blauwet   USA 1:47.45
2004 Ernst Van Dyk   RSA 1:18.27 Cheri Blauwet   USA 1:39.53
2003 Ernst Van Dyk   RSA 1:28.32 Christina Ripp   USA 1:54.47
2002 Ernst Van Dyk   RSA 1:23.19 Edith Hunkeler   SUI 1:45.57
2001 Ernst Van Dyk   RSA 1:25.12 Louise Sauvage   AUS 1:53.54
2000 Franz Nietlispach   SUI 1:33.32 Jean Driscoll   USA 2:00.52
1999 Franz Nietlispach   SUI 1:21.36 Louise Sauvage   AUS 1:42.23
1998 Franz Nietlispach   SUI 1:21.52 Louise Sauvage   AUS 1:41.19
1997 Franz Nietlispach   SUI 1:28.14 Louise Sauvage   AUS 1:54.28
1996 Heinz Frei   SUI 1:30.14 Jean Driscoll   USA 1:52.56
1995 Franz Nietlispach   SUI 1:25.59 Jean Driscoll   USA 1:40.42
1994 Heinz Frei   SUI 1:21.23 Jean Driscoll   USA 1:34.22
1993 Jim Knaub   USA 1:22.17 Jean Driscoll   USA 1:34.50
1992 Jim Knaub   USA 1:26.28 Jean Driscoll   USA 1:36.52
1991 Jim Knaub   USA 1:30.44 Jean Driscoll   USA 1:42.42
1990 Mustapha Badid   FRA 1:29.53 Jean Driscoll   USA 1:43.17
1989 Philippe Couprie   FRA 1:36.04 Connie Hansen   DEN 1:50.06
1988 Mustapha Badid   FRA 1:43.19 Candace Cable-Brookes   USA 2:10.44
1987 André Viger   CAN 1:55.42 Candace Cable-Brookes   USA 2:19.55
1986 André Viger   CAN 1:43.25 Candace Cable-Brookes   USA 2:09.28
1985 George Murray   USA 1:45.34 Candace Cable-Brookes   USA 2:05.26
1984 André Viger   CAN 2:05.20 Sherry Ramsey   USA 2:56.51
1983 Jim Knaub   USA 1:47.10 Sherry Ramsey   USA 2:27.07
1982 Jim Knaub   USA 1:51.31 Candace Cable-Brookes   USA 2:12.43
1981 Jim Martinson   USA 2:00.41 Candace Cable-Brookes   USA 2:38.41
1980 Curt Brinkman   USA 1:55.00 Sharon Limpert   USA 2:49.04
1979 Ken Archer   USA 2:38.59 Sheryl Bair   USA 3:27.56
1978 George Murray   USA 2:26.57 Susan Shapiro   USA 3:52.35
1977 Robert Hall   USA 2:40.10 Sharon Rahn   USA 3:48.51
1976 --- ---
1975 Robert Hall   USA 2:58.00 ---

Handbikewinnaars bewerken

Jaar Mannen Land Tijd Vrouwen Land Tijd
2012 Bill Longwell   USA 1:24.11 Helene A. Hines   USA 1:47.44
2011 Christopher Ayres   USA 1:18.56 Kelly S. Brush   USA 1:55.01
Zie de categorie Boston Marathon van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.