Aanval op Delfzijl (1594)

1594

De Aanval op Delfzijl was een aanval vanuit de Spaans overheerste stad Groningen op het Staatse Delfzijl in de Nederlandse provincie Groningen in de nacht van 12 op 13 februari 1594 ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog, die door Delfzijl werd afgeslagen.

Aanval op Delfzijl (1594)
Onderdeel van de Tachtigjarige Oorlog
Datum 12 februari - 13 februari 1594
Locatie Delfzijl, Nederlanden
Resultaat Staatse overwinning
Strijdende partijen
Republiek der Verenigde Nederlanden Leger van Vlaanderen
Leiders en commandanten
onbekend Francisco Verdugo
Troepensterkte
onbekend 1000
Verliezen
12 Meer dan 50

Voorgeschiedenis bewerken

In aanloop van de Reductie van Groningen woedde er een schansenoorlog in het noorden van het land, de "Schansenkrijg" werd genoemd. In 1591 werd al wel Delfzijl veroverd, de belangrijkste doorvoerhaven van het noorden. Het jaar erop werd Groningen afgesloten van Twente door het veroveren van Steenwijk en Coevorden. Intussen lag Coevorden al sinds begin 1593 onder beleg van Spaanse troepen onder leiding van Verdugo, en deze wilde nog een poging wagen met 1000 soldaten deze stad terug te winnen voor de Spaanse vlag.

De aanval bewerken

In de nacht van 12 op 13 februari 1594 vielen de Groningers onder leiding van Francisco Verdugo Delfzijl aan. Men was in Delfzijl beducht op deze aanval waarop ongeveer twee uur lang felle gevechten volgden. Een Staats oorlogsschip die in de buurt voor anker lag, naderde en schoot de belegerden in Delfzijl te hulp. Met zestien kanonnen werden de Groningers onder vuur genomen waarop zij na zware verliezen de aftocht moesten blazen. Ze sleepten ongeveer vijfendertig sleden beladen met doden en gewonden met zich naar de stad, en moesten zeven doden achterlaten. De belegerden in Delfzijl verloren bij deze aanval een kapitein, een vaandrig, een sergeant, en negen burgers[1].